Lichaam en anatomie

Blaaskanker

Bij blaaskanker gaat het bijna altijd om een tumor die onstaan is vanuit het slijmvlies van de blaas.

Oorzaken van blaaskanker

Over de oorzaken van blaaskanker is nog weinig bekend. Wel is bekend dat rokers een sterk verhoogde kans hebben om blaaskanker te krijgen.

Er bestaat ook een erfelijke vorm van blaaskanker. Wanneer bij meerdere directe familieleden blaaskanker is geconstateerd, kan men meer risico hebben op deze vorm van blaaskanker.

Klachten bij blaaskanker

Klachten bij blaaskanker bestaan voornamelijk uit pijn bij het plassen en vaker moeten plassen.

Wanneer men klachten heeft, is het belangrijk deze te bespreken met de (huis)arts. Hij zal lichamelijk onderzoek doen en gezamenlijk de klachten bespreken.

Waarschijnlijk zal hij ook bloed- en urineonderzoek laten doen. Meestal is verder onderzoek door de uroloog nodig.

De uroloog zal foto’s laten maken van de nieren en de blaas. Met een kijkonderzoek wordt onderzocht of er een tumor in de blaas zit. Is dat het geval dan moet de tumor worden verwijderd. Men weet dan beter om wat voor tumor het gaat en hoe diep hij in de wand vastzit. Dit gebeurt onder verdoving met een kijkinstrument via de plasbuis.

In het laboratorium wordt al het verwijderde weefsel onderzocht. Meestal zal de blaas na de ingreep met een medicijn gespoeld worden

Wanneer echter de tumor diep in de wand zit is er ‘aanvullend’ onderzoek nodig zoals echografie, CT scan of MRI-scan om de beste aanvullende behandeling te kunnen bepalen.

De behandeling van blaaskanker

De behandeling van blaaskanker is afhankelijk van:

  • het soort tumor
  • ingroei in de wand: oppervlakkig of diep
  • het aantal tumoren
  • of er uitzaaiingen zijn
  • de algemene conditie

De behandeling is afhankelijk van het stadium waarin de ziekte zich bevindt. Bij de meeste patiënten met blaaskanker is de tumor oppervlakkig en kan bij de ingreep alles verwijderd worden. Daarna begint men weer met een schone lei.

Deze patiënten zijn goed te genezen. Hun leven wordt niet door de ziekte bedreigd. Maar de ziekte kan wel gemakkelijk terugkomen. Een lange controle is daarom verstandig. Is de tumor dieper ingegroeid dan moet er vaak meer gebeuren om tot genezing te komen.

De meest gebruikte behandelmethoden worden hieronder kort toegelicht. Soms is een combinatie van verschillende behandelingen nodig.

Inwendig opereren

De tumor kan via de plasbuis worden verwijderd. Soms zijn twee behandelingen nodig om alles weg te halen Bij de operatie is het al enigszins duidelijk of de tumor oppervlakkig is of diep. Onderzoek in het laboratorium geeft uiteindelijk de zekerheid.

Blaasspoelingen

Het doel is het versterken van de afweer van het lichaam (immunotherapie) of het afbreken van tumorcellen. Wanneer de oppervlakkige tumoren terugkomen of wanneer er sprake is van meerdere of snel groeiende (agressieve) tumoren, kunnen na het schoonmaken van de blaas, blaasspoelingen worden aangeraden.

Door die spoelingen wordt de kans dat de tumor terugkomt kleiner. Ook zijn er aanwijzingen dat hiermee de agressiviteit van de tumor kan worden geremd. De vloeistof van die spoelingen bestaat uit een stof die de afweer van de blaas versterkt (zoals BCG-spoelingen). Bij andere spoelingen wordt gebruik gemaakt van een celdodende stof, zoals mitomycine.

Uitwendig opereren

Als de tumor diep in de blaaswand vastzit en niet verwijderd kan worden via een inwendige operatie is een grotere operatie nodig. Daarbij wordt de blaas verwijderd. Om de urine op te slaan en uiteindelijk te lozen is een oplossing nodig waarvoor een stuk van de eigen darm wordt gebruikt. De techniek daarbij is verschillend afhankelijk van de mogelijkheden.

Sommigen krijgen een stoma. De urine loopt dan steeds af in een opvangzakje. Ook worden er stoma’s gemaakt met een reservoir waar urine in blijft zitten, ook wel continente stoma’s genoemd. Men kan het reservoir regelmatig legen met een slangetje (katheter). Bij sommigen is een stoma niet nodig. De nieuwe blaas wordt aangesloten op de eigen plasbuis. Zodoende kan men meestal weer op een natuurlijke wijze plassen.

Uitwendige bestraling

Met bestraling wordt geprobeerd de kankercellen te vernietigen Een uitwendige bestraling wordt wel gedaan als de tumor diep in de wand zit en een verwijdering van de blaas niet mogelijk is.

Inwendige bestraling

Als de tumor diep in de wand zit en niet te groot is, kan ook gedacht worden aan een inwendige bestraling. Eerst wordt het stukje blaas waar de tumor zit verwijderd met behoud van de rest van de blaas.

Daarna worden naaldjes geplaatst rondom het gebied waar de tumor zat. In de naaldjes zit een stof die een bestraling van de omgeving geeft. Zij worden na enkele dagen weer verwijderd.

Bij 8 – 9 van de 10 mensen met blaaskanker zal de ziekte hun leven niet bedreigen, maar wel sterk beïnvloeden. Een lange, intensieve controle is gewenst.

Bij 1-2 van de 10 mensen met blaaskanker is de ziekte in een ernstiger fase en zijn voor genezing ingrijpende behandelingen nodig. Bij een enkeling kan er sprake zijn van uitzaaiingen. De kans op genezing is dan klein.

De behandeling bestaat dan uit chemotherapie. Ongeveer een op de vijf mensen reageert daar goed op. Als een goede reactie uitblijft, is genezing niet meer mogelijk. De behandeling bestaat dan uit een goede begeleiding en uit het zo goed mogelijk verhelpen van de klachten.

Lees meer over dit onderwerp in onderstaand boek:


Blaaskanker

Door: Stichting September

Reactie plaatsen